Leuk dat je aan de slag gaat. Je kunt hier gewoon oefenen. Dat mag iedereen.Maar je bent niet ingelogd, dus je gegevens worden niet opgeslagen.Doet je school mee, dan kun je hier inloggen.
Je kunt deze opdracht afsluiten met het maken van een toets.
Bekijk de figuur. Wat is aangegeven me de letter A? En wat is aangegeven met de letter B?
A is halswervels, B is staartbeen
A is halswervels, B is heiligbeen
A is lendenwervels, B is staartbeen
A is lendenwervels, B is heiligbeen
A is borstwervels, B is staartbeen
A is borstwervels, B is heiligbeen
Van boven naar beneden hebben de wervels andere namen. Welke volgorde klopt?
halswervels, heiligbeen, borstwervels, lendenwervels, staartbeen
halswervels, borstwervels, heiligbeen, lendenwervels, staartbeen
halswervels, lendenwervels, borstwervels, heiligbeen, staartbeen
halswervels, borstwervels, lendenwervels, heiligbeen, staartbeen
Bekijk de afbeeldingg. De wervels bestaan uit een wervelkolom en drie uitsteeksels. Aan welke zijde ligt het wervellichaam en aan welke zijde zijn de drie uitsteeksels?
Wervellichaam aan de buikzijde, de drie uitsteeksels aan de rugzijde.
Wervellichaam aan de rugzijde, de drie uitsteeksels aan de buikzijde.
Tussen het wervellichaam en de drie uitsteeksels zit een rond gat. Hier doorheen loopt een met vloeistof gevulde koker. Wat bevindt zich in de koker?
zenuwen
het ruggenmerg
kraakbeen
lijmstof
Waar of niet waar? I Van onder naar boven worden de wervels bij een mens steeds groter. II De vorm van de wervelkolom is van opzij gezien een dubbele S.
I en II zijn beide waar.
I is waar, II is niet waar.
I is niet waar, II is waar.
I en II zijn beide niet waar.
Bekijk de figuur. Wat wordt aangegeven met de letter A?
een wervel
een tussenwervelschijf
een zenuw
Waar of niet waar? I Als je ouder wordt, wordt de wervelkolom korter. II Als je lage rugpijn hebt, heb je ook vaak last in de bilstreek en je benen.
Bij een hernia ontstaat een uitstulping van een ..1... die drukt tegen een ...2.. .
1. Wervel 2. Spier
1. Wervel 2. Zenuw
1. Tussenwervel 2. Spier
1. Tussenwervel 2. Zenuw
Waar of niet waar?
I. Wervels van viervoeters zijn bijna allemaal even groot. II Bijna alle mensen en dieren hebben evenveel wervels.
I en II zijn beide waar
I is waar, II is niet waar
I is niet waar, II is waar
I en II zijn beide niet waar
Wat loopt er, naast vloeistof, nog meer door het ruggenmerg?
Kraakbeen
Spieren
Pezen
Zenuwen
Geef hieronder aan welke onderdelen bij het afdrukken of exporteren meegenomen dienen te worden.