{Score}/{MaxScore}

Eindopdracht A: Toets

Kies je voor eindopdracht A dan maak je een toets.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen.
Als je deze beantwoord hebt, zie je je score.

Lees de omschrijving.
Kies het begrip dat het beste past bij de beschrijving.

De relatie tussen een dominant kerngebied en andere gebieden. Het dominante gebied is het centrum, de andere gebieden vormen de periferie. Op landelijk niveau wordt de relatie tussen stad en platteland met deze term aangegeven.

Lees de omschrijving.
Kies het begrip dat het beste past bij de beschrijving.

Wanneer een land voor de export afhankelijk is van één product heeft het een .....

Lees de omschrijving.
Kies het begrip dat het beste past bij de beschrijving.

Hiermee wordt het welzijn gemeten.

Lees de omschrijving.
Kies het begrip dat het beste past bij de beschrijving.

Wanneer een land minder verdient met de export van producten dan het betaald voor de import van producten heeft het een .....

Lees de omschrijving.
Kies het begrip dat het beste past bij de beschrijving.

Zo noem je mensen die niet kunnen lezen en schrijven.

Lees de omschrijving.
Kies het begrip dat het beste past bij de beschrijving.

De verhouding tussen de waarde van de export en de waarde van de import.

Lees de omschrijving.
Kies het begrip dat het beste past bij de beschrijving.

De grens waarop men nog net genoeg geld heeft om in de basisbehoeften te voorzien. In Nederland is dit zo’n 28 euro per dag voor een alleenstaande en in Amerika slechts 1 dollar per dag. De armoedegrens is dus erg verschillend per land.

Vaak wordt het inkomen per hoofd van de bevolking als maatstaaf voor de welvaart genomen.
Er zijn echter meerdere nadelen aan deze maatstaaf.
Vink de nadelen aan.

Als je ontwikkelingslanden vergelijkt met rijke westerse landen zie je vaak een verschil in bevolkingsgroei en het sterftecijfer.
Waar of niet waar?

I  In ontwikkelingslanden is de bevolkingsgroei hoger dan in rijke westerse landen.
II In ontwikkelingslanden is het sterftecijfer hoger dan in rijke westerse landen.

Bij het meten van welzijn met de Index van de Menselijke Ontwikkeling (IMO) wordt rekening gehouden met de volksgezondheid, het kennisniveau en de levensstandaard. In welk werelddeel liggen het meeste landen die het laagst scoren op de IMO?

Bij het meten van welzijn met de Index van de Menselijke Ontwikkeling (IMO) wordt rekening gehouden met de volksgezondheid (1), het kennisniveau (2) en de levensstandaard (3).

De score op de IMO wordt dus mede bepaald door het aantal analfabeten (A), het BNP per hoofd van de bevolking (B) en de levensverwachting (C).

In de meeste ontwikkelingslanden zijn de inkomensverschillen tussen de rijkste inwoners en armste inwoners erg groot.
Een manier om de inkomensverschillen in een land in beeld te brengen is de Lorenzcurve.
In de figuur zie je drie Lorenzcurves.



Eén van drie curves past het best bij een ontwikkelingsland. Welke?

v1.12.0.0 Copyright © 2025 VO-next