01 Aarde, weer en klimaat |

SterMonitor Aardrijkskunde
  • Informatie

    Het thema 01 Aarde, weer en klimaat bestaat uit een inleiding, 7 opdrachten en een afsluiting. 

{IconName} {Title}
{Stars}
{Score}/{MaxScore}
{IconName} {Title} {Description}
01 Thema Aarde, weer en klimaat - inleiding Welkom bij het thema Aarde, Weer en Klimaat. Het thema gaat over: Zonnestelsel Ons zonnestelsel bestaat uit een zon met acht planeten die eromheen draaien. Ook zijn er de maan en andere hemellichamen. Aarde Hoe en wanneer de aarde is ontstaan leer je hier. Ook leer je hoe de aarde rond de zon draait en de maan rond de aarde en hoe het komt dat we seizoenen en dag en nacht kennen. Het weer Wat is het weer en hoe kun je het weer meten? Hoe stel je een weersverwachting samen? Klimaatzones Je leert dat weer en klimaat met elkaar te maken hebben. Er zijn verschillende klimaatzones op aarde. Elke klimaatzone heeft zijn eigen kenmerken. Klimaatfactoren Landen kunnen in dezelfde klimaatzone liggen, maar toch ander weer hebben. Welk klimaat een gebied heeft, hangt af van een aantal factoren. Neerslag Neerslag kan in verschillende vormen vallen. In welke hoeveelheden valt er regen? De hoeveelheid wordt gemeten met een regenmeter. Extreme klimaten Rondom de polen heerst een extreem koud klimaat. B
01.1 Zonnestelsel Ons zonnestelsel is één van de vele zonnestelsels. De sterren die je 's nachts ziet, zijn zonnen van andere zonnestelsels. Ons zonnestelsel bestaat uit de zon met daaromheen acht draaiende planeten.In alfabetische volgorde: Aarde, Jupiter, Mars, Mercurius, Neptunus, Saturnus, Uranus en Venus. Soms wordt Pluto ook tot de planeten gerekend. Om te onthouden in welke volgorde de planeten rond de zon draaien kun je het volgende ezelsbruggetje gebruiken: M ijn V ader A t M eestal J onge S pruitjes U it N oordwijk. Schrijf de namen van de planeten op in de volgorde gerekend vanaf de zon.Heb je hetzelfde rijtje als je buurman/buurvrouw?
01.2 Aarde Het aardoppervlak wordt ingedeeld in denkbeeldige lijnen: parallellen en meridianen . Om een plaats te bepalen op aarde gebruik je de termen: lengtegraad en breedtegraad . De 51e breedtegraad noord is een denkbeeldige cirkel op de aarde op 51 graden ten noorden van de evenaar. Welk land ligt daar, volgens jou? Ook hoe de aarde rond zijn as draait, hoe het komt dat we seizoenen hebben en dag en nacht kennen, leer je in deze opdracht. Indeling van het aardoppervlak
01.3 Het weer Het is waarschijnlijk het meest besproken onderwerp: Het weer. Maar wat is dat eigenlijk, het weer? En waarom is het weer zo grillig en lastig te voorspellen? Hoe kun je zelf een weersverwachting maken? Dat ga je in deze opdracht allemaal ontdekken. Met pictogrammen kun je ook het weer aangeven. Kun je de juiste combinatie maken?
01.4 Klimaatzones In deze opdracht leer je dat er verschillende klimaatzones op aarde zijn. In Nederland leven wij in de gematigde klimaatzone. Kun je iets vertellen over het weer in een gematigde klimaatzone?
01.5 Klimaatfactoren Er zijn vier verschillende klimaatzones op aarde. In Nederland spreek je van een gematigd klimaat. Ook in Polen spreek je van een gematigd klimaat. Toch zijn er verschillen tussen het weer in Nederland en het weer in Polen. Maak de opdracht. Kijk of je verschillen in het weer ziet tussen beide landen.
01.6 Neerslag Hoe ontstaat regen eigenlijk? En hagel en sneeuw? Waarom valt uit de ene wolk wel wat en uit de ander niet? Welke rol speelt neerslag in de waterkringloop? Hoe ontstaat een regenboog? Je gaat in deze opdracht op zoek naar het antwoord op deze vragen. Op de site van Buienradar.nl kun je zien of in jouw omgeving neerslag valt en/of voorspeld wordt. Met welk instrument kun je meten hoeveel neerslag er valt?
01.7 Extreme klimaten Het klimaat van beide polen is extreem koud. In het midden van de aarde, rond de evenaar is het klimaat extreem warm. In deze opdracht kijken jullie hoe het is om te wonen in extreem warme of extreem koude omstandigheden. Hoe kan je jezelf vervoeren in het poolgebied? En in de woestijn? Geef een voorbeeld en leg uit waarom.