{Score}/{MaxScore}

Leerdoelen

  • Je benoemt en herkent de drie voorwaarden voor verbranding.
  • Je kunt blusmethodes benoemen en je kunt verklaren waardoor een blusmethode werkt.
  • Je kunt verschillende brandstoffen beschrijven.
  • Je benoemt aardolie, aardgas en steenkool als fossiele brandstoffen.
  • Je noemt enkele milieuaspecten van fossiele brandstoffen.
  • Je benoemt waterkracht, wind, zon als duurzame energiebronnen.
  • Je kunt uitleggen wat er wordt bedoeld met het (versterkte) broeikaseffect.
  • Je kunt uitleggen wanneer onvolledige verbranding plaatsvindt.
  • Je kunt de gevaren van een onvolledige verbranding benoemen en verklaren.
  • Je kunt uitleggen wat je moet doen bij een koolstofmonoxide-vergiftiging.
  • Je kunt energiesoorten onderscheiden.
  • Je kunt uitleggen hoe energieomzettingen kunnen plaatsvinden.
  • Je kunt manieren van warmtetransport (geleiding, stroming en straling) en isolatie uitleggen.
  • Je kunt verschillende manieren van warmtetransport uitleggen.
  • Je kunt verschillende manieren van isolatie uitleggen.
  • Je kunt edele en (zeer) onedele metalen herkennen en beschrijven.
  • Je herkent en beschrijft het proces van roesten. 

Vaardigheden

  • Je herkent een onderzoeksvraag en een hypothese.
  • Je kunt een proefje uitvoeren aan de hand van de werkwijze en met de gegeven materialen en/of benodigdheden.
  • Je kunt verschillende bronnen gebruiken.
  • Je kunt resultaten presenteren in bijvoorbeeld een stopmotion filmpje.
  • Je kunt informatie uit verschillende bronnen selecteren en gebruiken.
  • Je kunt een natuurwetenschappelijk verslag maken.
v1.12.0.0 Copyright © 2025 VO-next