{Score}/{MaxScore}

Dit is een keuzepagina


Je bepaalt zelf, of in overleg met je docent, of je de oefeningen op deze pagina wel of niet maakt. Als je keuzepagina overslaat, wordt de score niet meegenomen in de voortgang. Dit is ook zichtbaar voor je docent. Ga je deze keuzepagina maken?

D-toets

Test je kennis. Maak de diagnostische toets.

Vertalen N-E

Wat is de Engelse vertaling van deze woorden?

  1. Bioscoop =
  2. Uitnodiging =
  3. Gesprek =
  4. Elkaar =

Vertalen N-E

Wat is de Engelse vertaling van deze woorden?
Kies uit: behind  / near / next to / in front of

  1. Naast =
  2. Voor =
  3. In de buurt van =
  4. Achter =

Vertalen E-N

Wat is de Nederlandse vertaling van deze woorden?

  1. Penpal =
  2. Pencil =
  3. Appointment =
  4. Letters =

Vertalen E-N

Wat is de Nederlandse vertaling van deze woorden?
Kies uit: geen gehoor / praten / babbelen / verkeer verbonden

  1. Wrong number =
  2. No answer =
  3. To chat =
  4. To talk =

Vertalen zinnen

Wat is de Engelse vertaling van de volgende twee zinnen?

  1. Vond je het leuk? = ?
  2. Ik wil een feest geven. = .

Wat is de Nederlandse vertaling van de volgende twee zinnen?

  1. The tickets were sold out. = .
  2. You can stay here. = .

Vertalen zinnen

Wat is de Engelse vertaling van de volgende twee zinnen?

  1. Ik wil hen maar één vraag stellen. = .
  2. We moeten naar het postkantoor. = .

Wat is de Nederlandse vertaling van de volgende twee zinnen?

  1. It is cheaper than calling someone. = .
  2. Telephones are a major part of our lives. = .

Bijvoeglijk naamwoord (adjective)

Zet het bijvoeglijk naamwoord op de juiste plek in de zin.

  1. She is reading a book.
    . (horrible)
  2. She writes in English.
    . (perfect)
  3. Don’t go up that ladder. It doesn’t look.
    . (safe)

Trappen van vergelijking (Degrees of comparison)

Welke vergelijking is goed? 

Trappen van vergelijking (Degrees of comparison)

Vul zelf de vergrotende en overtreffende trap in:

  1. simple -  -
  2. good - -

Vraagwoorden (Question tags)

Kies de juiste question tag. Selecteer het juiste antwoord

1 He saw that, ... ?

2 Welke zin is juist?

Vraagwoorden (Question tags)

Vul de juiste question tag in.

These trousers don’t fit, they?

Lezen

Lees het onderstaande telefoongesprek tussen Bill en Hank.
Bill heeft zijn antwoordapparaat aan staan. Beantwoord daarna de vragen.
Gebruik de lijst met synoniemen.

Bill: Hey, this is Bill. I'm sorry I'm not in. Just leave a message.

Hank: Hey Bill. This is Hank. I'm just calling to let you know that I'll be a little late to the football game tonight. I have to work a few extra hours to finish a report. I should wrap things up sometime between seven and eight though. Oh, then I'm planning on dropping by Lisa's house for about an hour since she's been sick recently. And, uh, one more thing. I'll swing by my house to pick up some food for the game. See you then.

Synonyms:
Wrap things up = finish
Dropping by = to visit
Swing by = stop by/drop by

 

  1. Waarom heeft Bill zijn antwoordapparaat aan staan, denk je?
  2. Noem drie redenen waarom Hank niet op tijd kan zijn voor de voetbalwedstrijd.
  3. Hoe laat denkt Hank klaar te zijn met zijn rapport?

Schrijven

Je krijgt per e-mail een uitnodiging voor een verjaardagsfeestje.
Schrijf een e-mail terug en zeg dat je graag wilt komen.
Vraag of de jarige nog een idee heeft voor een cadeautje en hoe laat het feestje begint.

De mail mag niet langer zijn dan ± 75 woorden.
Maak ook gebruik van bijvoeglijke naamwoorden en minstens één vergrotende of overtreffende trap.

Leven en cultuur

What are the differences between British English and American English words?
In the next exercise match the English words with the American words.

British English trousers
British English vest
British English swimming costume
British English braces
British English pullover/sweater
British English Wellington boots/Wellies
British English plimsolls
British English pants/underwear/knickers
British English waistcoat
British English trainers

Extra

Read the telephone conversation below and answer the question.

A: "Hello? This is Steve."
B: "Hi Steve, this is Mary from ABC Company. I'm returning your call."

A: "Hi Mary. How are you doing?"
B: "I'm doing great thanks."

A: "Thanks for returning my call. I couldn't figure out why the ending balance on fiscal year 2013 didn't match the beginning balance on 2014."
B: "When I checked, it was matching. How much is the difference?"

A: "The amount is exactly $42,000."
B: "Oh. I know what the problem is. We opened another bank account at the end of fiscal year 2013. I might not have included the new bank statements when I sent over the information."

A: "That makes sense. I'm just glad it wasn't out of my miscalculation. Can you send over the statements? I should be done by end of day since everything looks good."
B: "Sure. I'll fax them to you immediately. Is 555-123-4567 the number I should fax it to?"

A: "Yes. That is the correct number."
B: "I'll do it right now."

A: "Thank you for your help."
B: "I should have sent them over to you the first time. I apologize for that."

A: "No problem."
B: "Thank you."

A: "Thank you. Bye."

Word list:
balance – saldo
fiscal year – begrotingsjaar
bank statements – bankafschriften

 

  1. Hoe heet persoon A?
  2. Hoe heet persoon B?
  3. Wat is het probleem van persoon A?
  4. Wat is de oorzaak van dit probleem, volgens persoon B?
  5. Wat gaat persoon B doen, om ervoor te zorgen dat persoon A het probleem op kan lossen?

v1.12.0.0 Copyright © 2025 VO-next