Sleep de woorden naar de juiste plaats in de tekst.
Aan aardappelen groeien
.
Als je een aardappel in de grond stopt, kan daar een aardappelplant uit groeien.
Dat heet
.
Uit de uitlopers groeien
,
en
.
Intussen groeien onder de grond nieuwe aardappelen uit de aardappelplant.
Als de plant groot genoeg is, komen er ook
.
Als een bloem
is, groeit elke stamper uit tot een groene bes.
In de bes zitten
.
Uit de zaadjes kunnen weer nieuwe aardappelplanten groeien.
Aardappelplanten groeien dus zowel uit de
zelf als uit de zaden van aardappels.