{Score}/{MaxScore}

Eindopdracht A: Toets

Als je kiest voor eindopdracht A, maak je een toets over de opdracht geraamte.

De wervelkolom

thumnail image

Het skelet

thumnail image

Het skelet

thumnail image

De ledematen

Hieronder zie je allemaal omschrijvingen van delen van de ledematen.
Noteer de juiste benaming bij elke omschrijving.

 

De beenderen die samen met het heiligbeen de bekkengordel vormen:

Het grote stuk bot in het bovenbeen:

Dun stuk bot achter in het onderbeen

Uitgegroeid voetwortelbeentje:

Bot dat bestaat uit vergroeide wervels, zit in de bekkengordel:

De wolf

Hier zie je het skelet van de wolf. Sleep de juiste benaming naar het juiste cijfer.

1.

2.

3.

4.

5.

De wolf

Hieronder zie je het skelet van de wolf.

Noteer de juiste botgroep bij het juiste cijfer.

1.

2.

3.

 

 

De wolf

Kijk nogmaals naar de afbeelding van het skelet van de wolf.

Welk type viervoeter is de wolf?

 

Waar of niet waar?

Geef van de volgende stellingen aan of ze waar zijn of niet waar.

 

I. Zoolgangers zijn snelle dieren.

II. Gecombineerde zool-/teengangers raken alleen in rust met de zool van hun achterpoten de grond.

Waar of niet waar?

Geef van onderstaande stellingen aan of ze waar zijn of niet waar. 

I. Het hoofd en de nek van een zoogdier vormen samen de botgroep 'schedel'. 

II. De bekkengordel bestaat uit het heiligbeen, de heupbeenderen en de dijbeenderen. 

 

Waar of niet waar?

Geef van onderstaande stellingen aan of ze waar zijn of niet waar

 

I. Dankzij ons skelet kunnen we bewegen.

II. Baby's hebben meer botten in hun lijf van volwassenen. 

v1.12.0.0 Copyright © 2025 VO-next