Eindopdracht B: Spel
Bij eindopdracht B ontwikkel je samen met een klasgenoot een spel waarin je de volgende begrippen verwerkt:
cel - weefsel - organisme - orgaan - orgaanstelsel - bloedvatenstelsel - ademhalingsstelsel - verteringsstelsel - spierstelsel - botstelsel
Aan jullie de keus hoe jullie deze begrippen verwerken. Jullie kunnen denken aan:
- een memoryspel met op het ene kaartje het begrip en op het bijbehorende kaartje de definitie.
- een kwartetspel waarbij je dieper ingaat op de verschillende stelsels (welke organen enzovoort).
- een kruiswoordpuzzel
Kijk voor meer ideeën nog in de gereedschapskist hieronder.
Lees voor je begint even de punten waar je docent op let tijdens de beoordeling.
Beoordeling
Jullie docent let bij het beoordelen van het spel op het volgende:
- alle begrippen zijn verwerkt in het spel.
- de begrippen zijn op de juiste manier verwerkt in het spel. Daarmee wordt bedoeld dat de begrippen op de juiste manier aan hun betekenis of elkaar zijn gekoppeld.
- het spel is uitvoerbaar en getest door klasgenoten. Eventuele verbeterpunten zijn aangebracht.
- het geheel ziet er netjes, verzorgd en overzichtelijk uit.
- bij een spel waarvan de spelregels niet gelijk duidelijk zijn is een handleiding gemaakt. Vraag eventueel aan jullie docent of hij/zij dit noodzakelijk vindt bij jullie spel.
Klaar
Lever jullie spel in bij je docent.
|
Welkom bij de gereedschapskist. Hier vind je uitleg over alle werkvormen waarmee je je eindproducten maakt. Bij iedere werkvorm staat beschreven hoe je deze uitvoert, kun je inspiratiefilmpjes bekijken en vind je de beoordelingscriteria waaraan jouw product moet voldoen. Ook zie je welke digitale middelen je kunt gebruiken en aan welke vaardigheden je werkt tijdens het maken van je eindproduct. Veel succes!
|
|