Bespreek samen met een klasgenoot de volgende stellingen. Zijn ze waar of niet waar?
Zorg dat jullie argumenten hebben voor het antwoord.
Noteer ze eventueel hieronder.
Aan het einde van deze oefening moet elk tweetal een stelling uitleggen.
a Iedere menselijke cel bevat 23 chromosomen.
b Een verzameling chromosomen wordt een karyogram genoemd.
c Een karyogram van de chromosomen in een spiercel van meneer A is anders dan een karyogram van de chromosomen van een wangcel van meneer A.
d Ben je een man dan worden de geslachtschromosomen beide X-chromosomen genoemd.
e Een gewone celdeling wordt ook wel mitose genoemd.
f Bij een gewone celdeling hebben de nieuwe cellen evenveel chromosomen als de begincel.