Soortvorming


Een berg, rivier of andere barrière kan de individuen van een soort van elkaar scheiden. Er vindt dan isolatie van de groepen plaats. De omstandigheden in de twee nieuw ontstane gebieden zijn vaak verschillend. Hierdoor zijn in de twee gebieden vaak verschillende eigenschappen voordelig.
Door natuurlijke selectie kunnen de individuen in de twee gebieden dan van elkaar gaan verschillen, waardoor genetische variatie ontstaat.

Eerst ontstaan er verschillende rassen van dezelfde soort in de twee gebieden. Twee rassen kunnen zich nog wel samen voortplanten.
Na verloop van tijd zijn de verschillen zo groot geworden, dat de organismen uit de twee gebieden zich niet meer onderling kunnen voortplanten. Dan zijn het verschillende soorten geworden. Op deze manier vindt door evolutie soortvorming plaats.