Alleseters ofwel omnivoren

Mensen en varkens zijn voorbeelden van alleseters.
Het gebit van alleseters is niet geschikt om prooien mee te grijpen en vast te houden.
En ook niet om urenlang gras te kauwen.
Wel kun je met dit gebit goed fruit en graan eten of kleine stukken vlees fijnmalen.

Verstandskies:
Laatste kiezen die bij de mens doorkomen; vorm van lichamelijke ontwikkeling.
Hoektand:
Om voedsel ergens vanaf te scheuren.
Snijtand:
Om voedsel ergens vanaf te bijten (zoals bij een appel)
Kiezen:
Om voedsel te kauwen.

Niet alleen mensen en varkens zijn alleseters. Kauwtjes zijn omnivoor. Ze eten van alles. Hun snavels zijn geschikt om kleine dieren te eten, maar ook vruchten en zaden gaan er wel in. Zelfs de parasieten op de rug van een paard eten ze graag.

Piranha s, zoetwatervissen uit de rivieren in Zuid-Amerika, zijn omnivoor. Met hun scherpe tanden pakken ze hun voedsel beet en maken dan een draaiende beweging met hun lichaam. Zo scheuren ze stukjes van hun voedsel af.