Verbrandingsreactie
Bij een verbranding heb je vooral te maken met de atomen koolstof, waterstof en zuurstof.
De verbranding van aardgas kun je als volgt weergeven:
Voor de verbranding van één molecuul aardgas (CH4) heb je twee moleculen zuurstof (O2) nodig. De reactieproducten zijn een molecuul koolstofdioxide (CO2) en twee moleculen water (H2O).
Aan het begin van de reactie heb je dezelfde atomen en hetzelfde aantal atomen als aan het eind van de reactie. Ga dat na!
De verbranding van aardgas is een voorbeeld van een scheikundige reactie: de beginstoffen zijn verdwenen; er zijn nieuwe producten ontstaan. Bij deze reactie komt energie vrij.
Bij een natuurkundig proces ontstaan geen nieuwe producten.